Trier werd opgericht door de Romeinen en dat is er nog aan te zien. Zelfs de bekende filosoof Karl Marx heeft er gewoond.
Mijn bezoek-van-één-dag begon bij de “Porta Nigra”, een versterkte poort uit de Romeinse tijd. Het is een waar monument in Trier en een van de mooiste oude poorten van Duitsland. Ze maakt, net als zeven andere monumenten van de stad, deel uit van het UNESCO werelderfgoed. Een bezoekje brengen kan maar enkel in kleine groep.
Na de zwarte poort kan je je richting de St. Peter’s Cathedral begeven op de marktplaats. Die kathedraal is omwille van verschillende redenen bijzonder: de afmetingen, de staat, de uitzonderlijke zalen, de plafonds… Ook zeker een bezoek waard zijn de kerk van St-Paulin, die van St-Matthias en de rectangulaire basiliek.
Wie van Romeinen houdt, moet zeker afzakken naar de “Barbarathermen” of de “Kaiserthermen” die nooit af zijn geraakt (maar je kan wel een deel onder de thermen bezoeken) of het “Amphitheater”, dat bijzonder goed geconserveerd is gebleven. Ook de benedenverdieping is aan te raden.
Ook voor wie graag een stapje in de wereld zet, is Trier de moeite waard. Bovendien hangt er een warme sfeer, is alles er proper en de ontvangst steeds sympathiek. Onze aanraders: “Historischer Keller” voor zijn magnifieke interieur en “Brasserie Trier” en “Zum Domstein” voor hun typische keuken. De twee laatstgenoemde restaurants serveren ook Franse gerechten.
En wat met wandelaars? Die komen aan hun trekken in het mooie park dat meteen de tuin is van het paleis. Ga er gerust de benen strekken!