Geen wettelijke timing
De wet zegt niet wanneer je je vakantie voor dit jaar moet aanvragen. Er is dus geen wettelijke termijn die aangeeft wanneer je dat ten vroegste kan doen of ten laatste moet doen. Je moet er wel rekening mee houden dat je je vakantiedagen op het werk niet eenzijdig kan vastleggen. Dat moet nu eenmaal gebeuren in overleg met je werkgever (tenzij er een collectieve vakantie van toepassing is).
Bij het vastleggen van de vakantiedagen kan je werkgever je vragen ook rekening te houden met de vakantieplannen van je collega’s. In sommige bedrijven bestaat er daarvoor een timing voor de opmaak van een vakantieplanning waarbij werknemers tijdig hun wensen moeten laten kennen en zich anders moeten schikken om vakantie te nemen in de resterende periodes.
Hierbij geeft de wet ook een aantal regels aan. Heb je schoolgaande kinderen, dan wordt de vakantie bij voorkeur toegekend tijdens de schoolvakanties. Bovendien moet je tussen 1 mei en 31 oktober twee opeenvolgende weken vakantie kunnen krijgen als je dat wil.
Boek je vakantie niet zonder dat je het akkoord van je werkgever hebt dat je die periode ook effectief op verlof mag gaan. Doe je dat toch en krijg je uiteindelijk geen vakantie dan riskeer je je reis te moeten annuleren.
Je werkgever is overigens niet verplicht om dadelijk te reageren op je vraag om vakantie te mogen nemen. Wacht hij te lang met reageren dan kan je soms wel eens argumenteren dat hij stilzwijgend akkoord ging.