Hier vertelt elke toren, elke steen, elke kamer de geschiedenis van het gebouw. En bij mooi weer kan je ook genieten van de tuin die bij het hotel hoort. Daar vind je de ‘Jardin des Senteurs’, waar de stad Namen de trotse eigenaar van is. Een wandeling in dat mooie kader is een uitnodiging om te dagdromen: overal geuren en kleuren. De mediterrane tuin, de gastronomische tuin, de rozentuin… de thema’s wisselen elkaar af maar het plezier houdt niet op. Er zijn rondleidingen met gids als je daar zin in hebt. Ik snuif liever gewoon de sfeer op. Als kers op de taart keek onze kamer uit over de rozentuin en de Maas: één van de voordelen van een ‘Executive Room’. Slapen op een enorm bed, met het raam open op die bloemenpracht, het doet wat met een mens.
Als ik hier kom, haal ik graag mijn schetsboek boven en zet ik mij op één van de hoge muren van het fort. Ik vul de pagina’s van mijn schetsboek, en dat doe ik het liefst met het silhouet van de Saint-Aubain kathedraal. We hadden de kelders en het ‘Centre Terra Nova’ kunnen bezoeken, maar ik wilde zoveel mogelijk van de zon genieten. Het aardbeimuseum ‘Musée de la Fraise’ en de ‘Meuse Romantique’ waren precies wat ik zocht. Ze hebben de handen in elkaar geslagen om een unieke uitstap te bieden: aan boord van een jacht verken je de Belle Epoque Villa’s en de Maasvallei, gevolgd dooreen bezoek aan het het ‘Musée de la Fraise’ en de tuinen. We trakteerden onszelf op een fles Blackbird’s, gin gemaakt van de enige echte Wépion-aardbeien.
Terug aangekomen bij het kasteel, zagen we een bruidspaar dat bezig was met een fotoshoot bij het hotel. Hier trouwen moet geweldig zijn: de ruimtes zijn schitterend en de catering is van topniveau. Iets om in het achterhoofd te houden! Je weet maar nooit… Wij benutten onze avond ondertussen optimaal in het restaurant van het hotel: omdat de zon van de partij was, aten we op het terras bovenop de citadel. Een exclusieve sfeer en een voortreffelijke keuken: we waanden ons bijna in het paradijs!