Omdat ik wat energie wilde opdoen bij het aanbreken van de koude dagen, besloot ik naar Waals-Brabant te gaan! Mijn vriend en ik gingen op zoek naar een vleugje luxe maar zonder overdaad. Gewoon lekker genieten besprenkeld met een snufje cultuur.
We zetten onze koffers op vrijdagmiddag neer in het kleine dorpje Loupoigne, vlakbij Waterloo. Als plek voor de nacht koos ik voor de Indrani Lodge, een middeleeuwse boerderij die tot een ecologisch hotel is gerenoveerd. Deze locatie straalt pretentieloze luxe uit in het hart van het prachtige landschap van Waals-Brabant. De lodge heeft 12 kamers van 5 verschillende categorieën, variërend van klein tot XXL. Er is zelfs een loft van 200 m² met een 8 meter hoog dak en zichtbare balken uit de 15e eeuw. We nestelden ons in de meer redelijke en niet minder gewilde “Prairie” -kamer van 40 m², net onder het dak met een hoog plafond en zichtbare balken. Dit is gewoon gezellig en romantisch.
Na het uitpakken van de koffers gaan we meteen door naar de yogasessie van 18 uur beneden in de lodge. Er zijn elke dag van de week lessen en ik heb de “beginner” -optie geboekt om mijn man kennis te laten maken met deze meditatievorm van Indiase oorsprong. Dus zag ik mijn vriend kronkelen op zijn vloermat en zich concentreren om beter te ademen! Hij speelde het spel mee, legde zich er op toe en genoot zelfs van deze ervaring. De leraren zijn geduldig en pedagogisch… Daarna was het tijd voor iets rustig en namen we een duik in het zwembad van het hotel, gelegen in een oude schuur en op ecologische wijze verwarmd tot 29 °C. Goed om te weten is dat de Lodge ook een massageprogramma aanbiedt als je daarvoor interesse hebt.
Na een korte wandeling over de 4 hectare van het landgoed, gingen we eten in het restaurant van het hotel, genaamd “Elements”. We hadden het verrassingsmenu geboekt van chef-kok Jérémy Wiame, die in Michelin-sterrenrestaurants als Bon-Bon of het Chalet de la Fôret heeft gewerkt. Het was een symfonie van smaken en ethische en biologische gerechten, want de meeste groenten hebben minder dan 150 meter afgelegd voordat ze op ons bord belanden! Vaak worden ze zelfs direct in de tuin van de lodge gekweekt. Op verzoek is het mogelijk om het permacultuurgebied van de site te bezoeken.
Na een ontspannen vrijdagavond was de zaterdag levendiger. Op naar Waterloo, een bijzonder dynamische stad met zijn leuke winkels op de Chaussée de Bruxelles, vlakbij de Wellingtonpassage. Er zijn ook ecologisch verantwoorde winkels, zoals VIF, een conceptstore die gespecialiseerd is in tweedehands kleding en sneakers, om slim en milieuvriendelijk te winkelen. We hebben er prachtige sneakers gevonden, die zo goed als nieuw waren!
‘s Avonds gingen we hogerop in een restaurant in Braine-l’Alleud (op enkele kilometers van Waterloo). Het heet gewoon “Toit” en doet zijn naam eer aan, want het ligt op een dakterras. Het biedt Frans-Sardijnse gerechten in een gezellige sfeer met een houtvuur. Hier smulden we van de côte à l’os van gerijpt Charolais-rundvlees. Een echte delicatesse!
Op zondag wilde mijn man op bedevaart gaan naar de plek waar hij aan de universiteit had gestudeerd in Louvain-la-Neuve. Een studenten- en voetgangersstad die begin jaren ’70 uit de grond rees, in een bouwstijl van ruw beton. De sfeer is altijd even aangenaam! We bezochten het “L Museum”. Verdeeld over 6 verdiepingen in de gebouwen van de voormalige bibliotheek voor wetenschap en technologie, biedt dit culturele centrum een reis door eeuwen van menselijke creatie op alle continenten. Het toont alleen maar aan dat er meer is in Louvain-la-Neuve; je kunt hier ook je geest verrijken!