In 1924 werd het surrealisme geboren, een stroming die bestond uit verschillende disciplines, zowel artistiek als poëtisch en filosofisch. Hoewel Frankrijk beschouwd wordt als het land met de grootste bloei aan ideeën en creaties als uiting van het surrealisme, droegen ook andere landen hun steentje bij aan deze beweging, te beginnen met België en in het bijzonder onze hoofdstad. Het surrealisme, dat even subversief en avant-gardistisch was als kritisch ten opzichte van de toenmalige maatschappij, is zonder twijfel de belangrijkste artistieke beweging van de 20e eeuw in ons land. Één waarbij verschillende generaties betrokken waren.
Een eeuw later wordt het surrealisme vaak herleid tot de poëtische doeken van René Magritte. Toch is deze indrukwekkende kunstenaar lang niet de enige figuur die deze beweging vertegenwoordigt. Dit jaar lopen er een aantal tentoonstellingen over de carrière van Magritte en zijn tijdgenoten.
Tot 16 juni kan je terecht in Bozar voor een overzichtstentoonstelling gewijd aan het surrealisme over een periode van 60 jaar. De tentoonstelling kreeg de naam ‘Histoire de ne pas rire. Het surrealisme in België‘ en toont werken van Paul Nougé, René Magritte, Marcel Mariën, Rachel Baes, Paul Delvaux en Salvador Dalí. Tot 21 juli bieden de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België je met ‘IMAGINE!‘ een onderdompeling in de surrealistische poëzie. Het concept werd bedacht in samenwerking met het Centre Pompidou, met als thema’s dromen, metamorfose en het onderbewuste, aan de hand van werken van de grote namen van het surrealisme, van De Chirico tot Pollock, maar ook Dalí, Miró en Man Ray. In dezelfde periode nodigt het Magritte Museum het grote publiek uit om een zich een dialoog voor te stellen tussen de fascinerende wereld van Magritte en de poëtische creaties van Jean-Michel Folon. Een dromerige ontmoeting tussen twee heel bijzondere fantasten.
We kunnen je trouwens enkel maar aanmoedigen om rond hetzelfde thema deel te nemen aan het festival ‘Folon. A journey in Brussels‘, dat zich tot 29 september in zowat heel Brussel afspeelt, en een bezoek te brengen aan de tentoonstelling ‘James Ensor, inspired by Brussels‘, die tot 2 juni te zien is in de Koninklijke Bibliotheek. Ensor wordt ook geëerd door Bozar in de tentoonstelling ‘James Ensor Mæstro‘, en dat tot 23 juni. Tot slot organiseert het MIMA de groepstentoonstelling ‘Popcorn‘, met 15 hedendaagse kunstenaars die schilderen met een portie surrealisme vergelijkbaar met dat van de jaren 1930.
Als je liever buiten bent dan rond te hangen in musea, weet dan dat je het surrealisme ook in de straten van de hoofdstad kan ontdekken. Naast het onvermijdelijke Magritte Museum zijn de creaties van de kunstenaar ook te bewonderen in het ‘Théâtre Royal des Galeries’ (kijk gewoon eens omhoog als je in de grote zaal bent), in de foyer van ‘Square Brussels’ in Jette, in het Brusselse café ‘Het Goudblommeke in Papier‘ en in de nieuwe ‘Bar Magritte‘ in Hotel Amigo.
Om af te sluiten gaat er niets boven een heerlijk lokaal bier in de Brasserie Surréaliste op de Nieuwe Graanmarkt. Een magische plek die even tijdloos is als reëel, gevestigd in een iconisch art deco-gebouw in het centrum van de stad. Naast een bar en een microbrouwerij vind je er ook een restaurant, een art-space en een beer shop.