Vakantieweb zet een aantal onder hen recht, op basis van de meest betrouwbare bron op dit moment: het IPCC, het orgaan van de Verenigde Naties dat wetenschappelijke studies over het klimaat verzamelt. Enkele onthullingen kunnen je helpen of leiden in je toekomstige vervoers- en reiskeuzes!
Volgens het vierde rapport van het IPCC staat de vervoerssector op de vijfde plaats van de oorzaken voor de opwarming. Andere, recentere studies, wijzen de sector aan als tweede grootste bijdrager aan de opwarming. De belangrijkste? In beide gevallen gaat het hier over de productie van energie en elektriciteit, dat de weinig lovenswaardige eerste plaats bekleed… met ruime voorsprong zelfs.
Helaas is het niet zo eenvoudig. Zelfs wanneer we meteen alle uitstoot stoppen (wat weinig geloofwaardig is), zal de aarde nog vele jaren blijven opwarmen: de oceanen hebben al teveel warmte opgeslagen en CO2 heeft een lange levensduur in de atmosfeer… Het is dus belangrijk om onze uitstoot zo snel mogelijk te stoppen!
Volgens het Internationaal Energieagentschap (IEA) is alles wat gelinkt is aan het wegvervoer de voornaamste bron van CO2 (74%). Let wel, voor het IEA tellen niet enkel auto’s (die wel de voornaamste bron zijn binnen het wegvervoer), maar ook vrachtwagens en bussen. De luchtvaartsector staat op de tweede plaats (12%), het maritiem vervoer derde (11%).
We weten dat de productie en de recyclage energieverslinderder zijn bij elektrische auto’s dan bij modellen met een verbrandingsmotor. Maar toch is de algemene balans ruimschoots in het voordeel van elektrische auto’s…
Dat vereist wel een grote inspanning op het vlak van ‘vergroening’ van de productie van elektriciteit: sommige landen, in Oost-Europa bijvoorbeeld, hebben nog heel wat steenkoolcentrales met een catastrofale milieubalans. Een stijging van de elektriciteitsvraag moet dus hand in hand gaan met een vernieuwing van de elektriciteitsproductiemethoden, eerder dan een verhoging van de productie van de bestaande centrales.
Hier is het meer een kwestie van gezond verstand dan cijfers. Wanneer we het hebben over oldtimers van 40 of 50 jaar, is de balans verwaarloosbaar. Niet alle oude wagens verbruiken veel (denk bijvoorbeeld aan de 2pk, die 5l/100 km verbruikt), hun beperkte jaarlijks afgelegde kilometers (minder dan 1.500 km gemiddeld volgens de BEHVA) en tenslotte de kosten gelinkt aan de productie die over een langere periode afgeschreven worden.
Wanneer je daarentegen een voertuig van een vijftiental jaar oud hebt dat jaarlijks meer dan 30.000 km aflegt en waarvan de motor weinig onderhouden wordt, dan is de balans heel anders. Je hebt het begrepen, een oude wagen die weinig rijdt vervangen door een elektrische wagen heeft weinig zin op korte en middellange termijn.